rocherouge

alles over onze emigratie naar Frankrijk

NL
EN
Ruud on Facebook
volg RocheRouge op Twitter
 

Dinsdag, 13 Maart 2007

Lente

Ik ben al tientallen keren begonnen te schrijven hoe het ons vergaat, maar ik krijg het verhaal niet af en dat is omdat ik ook dingen moet vertellen die niet leuk zijn. Want, wil de wereld wel weten hoe beroerd het kan zijn om naar Frankrijk te emigreren? Of zal ik het gebruikelijke kletsverhaal afdraaien, zoals ´de zon schijnt hier altijd´, ´we spreken vloeiend Frans´ of ´we zijn helemaal geïntegreerd´.

Kijk, de praktische problemen zijn niet erg, die zijn er genoeg en daar kom je wel overheen. Maar, laat ik het zo zeggen… er komt een moment dat de hemel bovenop je valt. Dat je je niet meer afvraagt waar je aan begonnen bent, maar dat je alleen nog maar denkt: waar bén ik in Gods naam en wat dóe ik hier? Het is de paniek die je voelt wanneer je in de wachtkamer bij de tandarts zit of vlak voor een operatie. Een irrationele angst waar geen rede tegenop kan.

En dan niet te vergeten, het isolement. Want zoals ik al eerder zei: de Fransen zijn zo bien élevé dat je een breekijzer nodig hebt om verder tot ze door te dringen dan ´bonjour´ en ´ça va´. Hun gereserveerdheid, ook tegenover elkaar, is bijna ziekelijk. Goed, ik overdrijf. Natuurlijk hebben wij gesprekken die verdergaan dan dat, maar toch. Ter illustratie: hier in de kroeg kwam al jaren ´n man. Voor de gezelligheid, een borrel en iedere avond belote (klaverjassen). Aardige vent, 52 jaar, niks aan de hand. Behalve dan dat-ie op ´n dag dood was, zomaar, op kerstavond. ´Les pompiers venaient lui chercher´ (de brandweer kwam ´m halen, want brandweer is in Frankrijk tevens ambulance). En niemand die geweten had dat hij al maanden aan kanker leed. Zo eenzaam kan het hier dus zijn.

Hoe dan ook, wanneer je bevangen wordt door gevoelens van paniek of heimwee dan kun je twee dingen doen: gillend terugkeren of doorzetten. En vanzelfsprekend kies ik het laatste. Ik blijf, al was het alleen maar omdat ik de taal zo prachtig vind. Hoor nu bijvoorbeeld het verschil tussen ´si demain matin tu cessais de m´aimer´ of ´as jai morruguochend zou stoppu mè vammu tu houwu´.

Ja, de mensen zijn afstandelijk en soms arrogant, allemaal waar, maar ze begrijpen meer dan wie ook dat er moed voor nodig is om te emigreren. Een Fransman emigreert niet, zelden in ieder geval, het is hun ergste nachtmerrie. Familie verlaten … ondenkbaar. Maar ik ga hier niet weg. Nog niet in ieder geval. Ik heb namelijk ´n huis dat op me wacht.

Want wat je niet weet is hoe het voelt om te leven als god in Frankrijk. Dat kun je namelijk alleen weten als je hier woont. Wanneer ik op ´n ochtend vol verwondering onder de bloeiende pruimenboom sta met de blauwe lucht boven me. Als ik bijna gesmoord word in een zee van geurige witte bloempjes en duizel van het gezoem van bijen die zojuist hun winterhol hebben verlaten. Als ik de lentezon op m´n blote armen voel en allerlei uitgelaten vogelgeluiden hoor dan krijg ik zin om te juichen en wil ik ook vliegen, net als de roofvogels boven ons huis.

Een bloeiende pruimenboom in onze tuin

Een bloeiende pruimenboom in onze tuin

Hoewel het ´s-morgens vaak nog koud is, kun je merken dat het lente is. Een dag als vandaag is ´n droom. Ik hang de was op aan de waslijn, buiten. Boven me een blauwe hemel. De zon laat zich door niets verdrijven. Ruud verwijdert klimplanten van de rots achter het huis en ik zaai Ipomé, een clematisachtige klimplant die van augustus tot oktober kelkvormige bloemen draagt. De kinderen spelen boer en boerin in het konijnenhok en poessie dartelt vrolijk om ons heen. Niemand wil eigenlijk nog naar de carnavalsoptocht in Estaing en de open dag op de school van Deirdre zijn we totaal vergeten.

Ruud de rotscleaner

Ruud de rotscleaner…

Om vier uur, nadat Ruud en ik tevreden naast elkaar op ons bankje de vorderingen in de tuin hebben besproken, besluiten we om toch nog even naar Estaign te gaan, een middeleeuws dorp 10 kilometer verderop. Het lijkt vakantie. In het dorp is niets meer te beleven. Bij het middeleeuwse kerkje waar twee uur geleden een uitgelaten menigte voorbij hoste hoor je nu alleen nog mussen en ander gevogelte kwetteren. Op de hoek een toeristenwinkel waar wandelstokken verkocht worden. Binnen zit ´n dame doodstil op ´n stoel achter de toonbank tv te kijken.

Op het bordes van het kerkje van Estaing

Af en toe komt een verklede peuter aan de hand van de moeder voorbij en wij maken grapjes dat dit nu de optocht is: één kind verkleed als cowboy met moeder en drie klappende toeristen.

Drie klappende touristen

Drie klappende toeristen…

Na vele mislukte foto´s in en rondom het middeleeuwse kerkje besluiten we terug te keren naar huis.

De tuin achter het middeleeuwse kerkje van Estaing

De tuin achter het middeleeuwse kerkje van Estaign

Eerst gaan we nog even boodschappen doen bij de super U. We halen biologische roquefort, bladsla en walnoten voor ´n salade en pizza´s voor de kinderen. We zijn al zo gewend aan de Franse supermarkten dat we de Super U van Espalion (waar de gemiddelde Albert Heijn ruim tweemaal in past) eigenlijk al te klein vinden. Le Clerq in Rodez, dát is pas ´n supermarkt, het is zo groot dat de gemiddelde Albert Heijn er minstens twintig keer in past. Ik bedoel, in plaats van vijftig heb je er wel tweehonderd soorten toetjes en de wandelpaden zijn zo breed dat vijf volgestampte karretjes met zijspan nog zeeën van ruimte hebben. Waarom? Daarom! Gewoon, omdat ´t lekker is.

Dit land is zo overvloedig, het kan niet op. Als je eraan gewend bent dat alles wat je eet verrukkelijk is, dat de zon bijna altijd schijnt en dat natuur en ruimte bijna een geboorterecht zijn dan kun je niet meer leven met karigheid. Alles hier is groot en extreem, ik heb het al eerder gezegd. De gigantische supermarkten, de eindeloos durende tv-programma´s, de radiozenders die de hele dag door, van uur tot uur dezelfde muziek draaien, de grote auto´s, de jacht en wanneer je hoopte dat dat voorbij was gaan ze weer vissen (la pêche), foire de foie, foire de porc, foire de boeuf, het gaat maar door, feesten en fuiven, vreten en zuipen en steevast driemaal per jaar op vakantie (gôh, komt me bekend voor), Fransen zijn topconsumenten.

En dan, daar tegenover, de soberheid van een leger vrouwen van mijn leeftijd met kortgeknipte grijze kapsels en stijve pakjes, maar toch, ongelukkig zijn ze niet. In tegendeel. Ze zijn trots en blij. Ja, het lijkt bijna te mooi om waar te zijn, zelfs oud worden lijkt hier 'n feest.

Met de wagen volgeladen met eten keren we terug naar huis. We hebben het ontzettend druk met schrijven van artikelen en boeken dus we hebben weinig tijd om in het huis te werken. Maar tussen de bedrijven door probeert Ruud zo nu en dan een stukje elektra aan te leggen en ik probeer gaten te dichten of muren te schilderen.

Maartje aan de slag

Het huis is net ´n lappendeken waar iedere keer ´n klein stukje bij komt. We hebben inmiddels een leefbare keuken, we hebben een schotelantenne (antenne parabolique) met wel vijf zenders zodat we nu al echt kunnen zappen.

Op tafel een bosje Narcissen van de buurman

De keuken met op de achtergrond de bloeiende pruimenboom. Op tafel staat een bosje Narcissen dat ik van de buurman heb gekregen.

We hebben lichtknopjes en stopcontacten, we hebben verwarming, we hebben warm water, we hebben ´n bad, we hebben ´n nieuwe wasmachine, we hebben ´n bloempot met clematis, ja, we hebben bijna alle dingen die normale mensen ook hebben.

Mijn droom was dat ik op ´n dag met bloemetjesschort en blote benen in bemodderde laarzen de was zou ophangen aan de waslijn voor ons huis, terwijl witte wolken in een koele, blauwe hemel voorbij scheerden. En die droom is uitgekomen, ik heb zelfs ´n bloemetjesschort.

De was aan mijn eigen waslijn

De was aan mijn eigen waslijn. Deze was was nog van vóór de nieuwe wasmachine.

Het is heel vreemd om in je droom te leven. Ontluisterend ook. Want waar moeten wij nu heen op vakantie? Nou? Jullie in Nederland zijn lekker maanden aan ´t voorbereiden, je stippelt ´n route uit en neemt minimaal twee dagen om je reisdoel te bereiken. Maar als wij naar de gorges d´Heric willen dan vertrekken we ´s-morgens om zeven uur en zijn ´s-avonds om tien uur weer thuis.

Het is hier bijna perfect, enig nadeel is die weg op 30 meter van ons huis, maar dat verandert mijn gevoel over de waslijn niet, of over de bloeiende pruimenbomen, of over de rode rotswand achter het huis, of al die dingen die me dagelijks vervullen met een gevoel van verwondering.
En dan te bedenken dat het enige dat nodig is om je droom te verwezenlijken moed is. Moed en doorzettingsvermogen. Nou ja, wat was daar nu zo moeilijk aan?

Voorjaar, lekker, dan komen de torretjes weer

geplaatst door Maartje Heymans om 22:01  |  stuur een bericht

Volgende tekst ( ) - Vorige tekst ( 7 jan)

 

Columns

Maart 2007
- Lente
Feb 2012
Jan 2012
Nov 2011
Mei 2011
December 2010
November 2010
September 2010
Juni 2010
Maart 2010
Februari 2010
Januari 2010
December 2009
November 2009
Oktober 2009
September 2009
Augustus 2009
Juni 2009
Mei 2009
Maart 2009
Februari 2009
Januari 2009
November 2008
Oktober 2008
September 2008
Augustus 2008
Juli 2008
Juni 2008
Mei 2008
April 2008
Maart 2008
Februari 2008
December 2007
November 2007
Oktober 2007
September 2007
Augustus 2007
Juli 2007
Juni 2007
April 2007
Maart 2007
Januari 2007
December 2006
November 2006
Oktober 2006
September 2006
Augustus 2006
Juli 2006
Juni 2006
Mei 2006
 
 
 
Reclame op RocheRouge? Ja, dat is een nieuwtje. Na vijf jaar reclamevrij hebben we besloten om voor een proef tijdelijk reclame op de site toe te staan. Onder de stippellijn welliswaar. Zo weet je tot hoever de echte informatie loopt en waar de reclame begint. Is het bezoek aan RocheRouge je bevallen, is de informatie nuttig? Mogelijk vind je bij de onderstaande reclame een passend onderwerp. Bedankt!